Hoe werkt weerstand? En hoe buig je het om?
Begrip van Weerstand tegen Verandering via Kahneman’s Dual-Systeemtheorie
Daniel Kahneman’s dual-systeemtheorie, zoals beschreven in zijn boek Thinking, Fast and Slow, biedt een overtuigend en handig kader om weerstand tegen verandering beter te begrijpen. De theorie stelt dat ons denken wordt gestuurd door twee systemen: Systeem 1 en Systeem 2. Het brein is natuurlijk complexer dan dit, maar het geeft een mooie leidraad om verandering en weerstand te begrijpen. We kijken eerst naar de werking van de twee systemen, en daarna naar hoe je deze kennis in kunt zetten om weerstand te minimaliseren of om te zetten in voorwaartse energie.
Systeem 1: Snel en Intuïtief Denken
Systeem 1 werkt automatisch en razendsnel. Het maakt gebruik van heuristieken (mentale shortcuts of vuistregels) en eerdere ervaringen om zonder bewuste inspanning beslissingen te nemen. Dit systeem is verantwoordelijk voor zo’n 98% van onze cognitieve processen en is sterk gericht op bekende patronen en routines. Bij veranderingen geeft Systeem 1 de voorkeur aan de status quo, simpelweg omdat die comfortabel en vertrouwd aanvoelt. Nieuwe ideeën of werkwijzen kunnen daardoor aanvoelen als een bedreiging of risico, wat leidt tot weerstand.
Een concreet voorbeeld: wanneer een organisatie een nieuwe technologie of procedure introduceert, kunnen medewerkers instinctief weerstand bieden als dit hun bestaande werkprocessen verstoort. Systeem 1 focust zich op de ongemakken van de verandering en negeert daarbij vaak de mogelijke voordelen.
Systeem 2: Langzaam en Weloverwogen Denken
Daartegenover staat Systeem 2, dat trager en analytischer werkt. Dit systeem vraagt bewuste inspanning en wordt ingeschakeld bij complexe vraagstukken of situaties waarin Systeem 1 tekortschiet. Systeem 2 maakt een diepere afweging van beschikbare informatie voordat er een beslissing wordt genomen.
Als organisaties medewerkers actief uitnodigen om Systeem 2 in te schakelen—bijvoorbeeld door heldere uitleg te geven over de voordelen van een verandering en hun zorgen serieus te nemen—kunnen zij meer openstaan voor nieuwe gedragingen. Dit proces vereist echter motivatie en cognitieve inspanning, iets wat vaak schaars is in omgevingen waar al weerstand heerst of het team verandermoe is. Je hebt dan meer tijd of capaciteit nodig om systeem 2 aan te zetten.
Welk systeem is actief?
Welk systeem (dominant) actief is beïnvloedt de mate van weerstand en daarmee dus je reactie. Een reflectie hierop kan krachtig zijn om makkelijker met verandering om te gaan, of om bij een ander te identificeren waar de veranderpijn zit. Dit kun je doen met behulp van de volgende vragen:
Voor Systeem 1 (Snel en Intuïtief):
- Reageer ik automatisch of op basis van een eerste ingeving?
- Bijvoorbeeld: Voel ik direct afkeer of enthousiasme zonder dat ik echt heb nagedacht waarom?
- Baseer ik mijn beslissing op iets dat me bekend voorkomt?
- Herken ik een patroon of gebruik ik een routine die eerder succesvol was?
- Voelt deze beslissing gemakkelijk of vanzelfsprekend?
- Kost het me weinig moeite om een keuze te maken?
- Ben ik emotioneel gedreven in mijn reactie?
- Reageer ik vanuit angst, blijdschap, frustratie of andere emoties zonder dit bewust te overwegen?
- Heb ik de situatie echt geanalyseerd, of ga ik af op mijn eerste indruk?
- Denk ik bijvoorbeeld: "Dit voelt gewoon goed" of "Dit klopt niet, maar ik weet niet waarom"?
Voor Systeem 2 (Langzaam en Bewust):
- Moet ik mijn aandacht en concentratie richten op het probleem?
- Bijvoorbeeld: Maak ik actief een lijst van voor- en nadelen of analyseer ik complexe informatie?
- Voelt deze beslissing mentaal vermoeiend of uitdagend?
- Kost het me moeite om de informatie te verwerken en tot een conclusie te komen?
- Ben ik aan het twijfelen of overwegen?
- Stel ik mezelf vragen zoals: "Wat als ik het verkeerd heb?" of "Zijn er alternatieven?"
- Heb ik meer informatie nodig voordat ik een beslissing kan nemen?
- Zoek ik actief naar feiten of aanvullende inzichten om de situatie te begrijpen?
- Gebruik ik logica of rationele argumenten om tot een beslissing te komen?
- Onderzoek ik de oorzaken, verbanden en mogelijke gevolgen op een bewuste manier?
Signalen om onderscheid te maken:
- Als je reactie snel, automatisch en op basis van gevoel of ervaring plaatsvindt, is waarschijnlijk Systeem 1 actief.
- Als je bewust nadenkt, jezelf corrigeert of complexe informatie probeert te doorgronden, gebruik je Systeem 2.
Door jezelf deze vragen te stellen, kun je bewuster schakelen tussen de systemen en effectiever reageren op verschillende situaties. Je kunt ze ook gebruiken om een ander te bevragen. Hierdoor krijg je meer inzicht in de bron van de weerstand, en wordt het makkelijk om deze te verminderen.
Mechanismen achter Weerstand
De interactie tussen deze systemen verklaart meerdere mechanismen die aan de basis liggen van weerstand tegen verandering:
- Verliesaversie: Kahneman’s onderzoek in de gedragseconomie toont aan dat mensen gevoeliger zijn voor verlies dan voor winst. Veranderingen die de huidige situatie bedreigen, worden als risicovol ervaren, zelfs als ze op lange termijn voordelen kunnen opleveren. Het waargenomen verlies weegt zwaarder dan de mogelijke winst.
- Cognitieve dissonantie: Nieuwe informatie die ingaat tegen bestaande overtuigingen of routines (verwerkt door Systeem 1) kan ongemak veroorzaken. Dit ongemak, bekend als cognitieve dissonantie, kan leiden tot rationalisaties of een directe afwijzing van de verandering.
- Angst voor het onbekende: Verandering brengt vaak onzekerheid met zich mee, wat een automatische angstreactie in Systeem 1 kan oproepen. Deze angst versterkt de neiging om vast te houden aan bestaande omstandigheden, uit vrees voor mogelijke negatieve gevolgen.
Lees meer over deze mechanismen in dit artikel: inzichten uit de gedragseconomie.
Toepassing van Leanprofs
In dit artikel vind je tal van tips hoe je weerstand vermindert door vooral in te spelen op het bewuste brein (systeem 2). Hierdoor neemt de primaire reactie van systeem 1 af, en ontstaat er letterlijk ruimte voor verandering. Echter, je kunt ook al inspelen op de primaire reactie van systeem 1 in je voordeel. We weten namelijk uit ander onderzoek dat je gedrag primair gestuurd wordt door je omgeving. Verander je de omgeving, dan verandert het gedrag. Gedraag jij je hetzelfde in het café op vrijdagavond, als op kantoor op maandagochtend? Waarschijnlijk zit er een verschil in. Dit werkt omdat systeem 1 sterk afhankelijk is van triggers in je omgeving. Als de omgeving wordt aangepast om gewenst gedrag te ondersteunen, worden de automatische patronen van systeem 1 geherprogrammeerd zonder dat bewuste inspanning nodig is. Dit is precies de aanpak van Leanprofs: een omgeving creëeren die gewenst en succesvol gedrag vanzelfsprekend en voorspelbaar maakt. Het wordt dan lastiger om weerstand of ongewenst gedrag te vertonen. En dit zijn precies de voorwaarden voor high-performance.
Samenvatting
Kahneman’s dual-systeemtheorie biedt inzicht in de weerstand tegen verandering door te kijken naar het samenspel tussen automatisch en bewust denken. Door zowel Systeem 1 als Systeem 2 effectief aan te spreken, kun je weerstand verminderen en en meer wendbare verbetercultuur bevorderen. Voor een nog krachtiger effect, pas je de omgeving aan. Hierdoor ‘hack’ je de werking van systeem 1, en wordt succes voorspelbaar.